Van Waalre naar Geldrop-Mierlo naar Heeze-Leende boemelt het 'asieltreintje' door de regio, zo was woensdag te lezen in deze krant. Op zoek naar het volgende station spoort burgemeester Heldens zijn collega's aan om gemeenteraden buiten spel te zetten met een noodbevel voor crisisnoodopvang.
Precies deze bevoegdheid had burgemeester Buter van Deurne voor ogen toen ze vorige week de tijdelijke opvang van 168 asielzoekers uit Heeze-Leende wilde overnemen. Dit zou haar ook de kans geven om de raadsbreed aangenomen lokale beleidskaders – het Deurnes asielmodel – te omzeilen. Gelukkig werd ze door een meerderheid van de gemeenteraad teruggefloten.
Afgezien van het feit dat het passeren van de gemeenteraad elk draagvlak en de democratische legitimiteit verregaand ondermijnt, rijst de vraag of het door de regio rondreizend asieltreintje nog wel als crisismaatregel te bestempelen is. Kun je nog van nood, crisis of urgentie spreken wanneer je maandenlang de vierde herhuisvesting van deze groep kunt voorbereiden? Of is dit regulier geplande opvang van tijdelijke aard?
Toch was het asieltreintje in Deurne welkom geweest – weliswaar niet als tussenstop, maar als eindstation(s); verdeeld over meerdere locaties. Eén grote opvanglocatie voor slechts drie of zes maanden past namelijk niet binnen onze lokale beleidskaders. Het Deurnes asielmodel is gebaseerd op humane, kleinschalige opvang, in de overtuiging dat een goede inbedding beter en belangrijker is dan puur het aantal bedden.
Gemeenten mogen deze kleine locaties zelf regelen, al wordt deze route in de praktijk niet gemakkelijk gemaakt. Terugvallen op het COA blijkt geen optie. Het COA blijft vooral wijzen op vermeende hoge kosten en inefficiënties van kleine locaties. In dat licht blijft het wonderlijk dat het asieltreintje jaarlijks wel tussen de 50.000 en 70.000 euro per persoon mag kosten.